Whatsupp

WhatsUpp: hoe voldoe ik aan de transfer pricing-documentatieplicht?

Michaël Schoonjans
Door:
Michaël Schoonjans
insight featured image

Maakt je bedrijf deel uit van een multinationale groep? Dan is de kans groot dat je moet rapporteren over de verrekenprijzen in je groep. Hoe weet je of de documentatieplicht over transfer pricing ook geldt voor jouw bedrijf? En als dat zo is, hoe kom je die verplichting na?

Waarom is transfer pricing-documentatie verplicht?

Transacties tussen hun internationale vestigingen waren voor multinationals een creatieve manier om winsten te verschuiven en zo belastingen te omzeilen. Tot de OESO besloot om daar paal en perk aan te stellen. Een documentatieplicht over de interne verrekenprijzen is een van de maatregelen die sinds 2016 ook in België van kracht zijn. De Belgische fiscus krijgt zo zicht op de transacties van Belgische bedrijven met andere, laag belaste entiteiten in de groep en kan zo eventueel correcties doorvoeren.

Zo’n documentatieplicht is overigens niet noodzakelijk slecht nieuws voor je onderneming. Het is een kans om je transfer pricing-strategie onder de loep te nemen en indien nodig bij te sturen om in lijn te zijn met de wetgeving.

Moet ook mijn bedrijf rapporteren over transfer pricing?

Maakt je onderneming deel uit van een internationale groep? Dan val je voor het huidige boekjaar onder de documentatieplicht als je in het vorige boekjaar een van deze drempels overschreed:

•    50 miljoen euro bedrijfs- en financiële opbrengsten (uitgezonderd niet-recurrente opbrengsten).
•    Een balanstotaal van 1 miljard euro.
•    Een jaargemiddelde van 100 voltijdse equivalenten personeel.

Let op: deze drempels baseer je op de enkelvoudige jaarrekening van je Belgische entiteit, niet op de geconsolideerde gegevens van de groep.

Hoe voldoe ik aan de transfer pricing-documentatieplicht?

Ben je verplicht je verrekenprijzen te documenteren, dan moet je twee dossiers indienen: een groepsdossier (of Master File) en een lokaal dossier (of Local File).

De Master File geeft inzicht in onder meer de aard van de bedrijfsactiviteiten, financiële verrichtingen en immateriële vaste activa van je internationale groep. Doorgaans kan je dit groepsdossier opvragen bij je moedervennootschap (tenzij dat jouw onderneming is, natuurlijk).

Voor de Local File moet je wel altijd zelf informatie verzamelen. Denk aan je management- en aandeelhoudersstructuur, deelnemingen en een gedetailleerde omschrijving van je activiteiten. Verrichtte je meer dan 1 miljoen euro interne transacties met je internationale vestigingen, dan moet je die in het gedetailleerde inlichtingenformulier bij het lokaal dossier opnemen.

Wat met de CbC-notificatie?

Naast het groepsdossier en het lokale dossier is er ook nog een landenrapport of Country-by-Country-formulier (Form 275 CbC). Dit moet enkel ingediend door de moederentiteit van groepen die de drempel van 750 miljoen euro geconsolideerde bruto-opbrengsten overschrijden. Deze verplichting geldt dus maar voor een beperkt aantal multinationale ondernemingen met  hoofdzetel in België.

Wel ben je als Belgisch deel van een groep met een buitenlandse moederentiteit verplicht om aan de Belgische fiscus te melden waar je landenrapport wordt ingediend. De deadline is 12 maanden na de laatste dag van de rapporteringsperiode.


Wanneer moet ik mijn transfer pricing-documentatie indienen?

De Master File (Formulier 275 MF) moet je indienen binnen de 12 maanden na de laatste dag van de rapporteringsperiode van de groep.

Voor de Local File (Formulier 275 LF) valt de deadline samen met die voor de aangifte van je vennootschapsbelasting. Vergeet bij je aangifte het vakje ‘275 LF’ niet aan te vinken.

Welke sanctie krijg ik als ik niet voldoe aan de transfer pricing-documentatieplicht?

Dien je je transfer pricing-documentatie niet, onvolledig of laattijdig in, dan riskeer je een boete van 1.250 tot 25.000 euro. De Belgische belastingdienst kijkt erg streng toe op de transfer pricing-regels, maar een eerste overtreding ziet de fiscus vaak nog door de vingers.