article banner
Global Mobility Services

Nieuw belastingstelsel voor ingekomen belastingplichtigen en onderzoekers

Samuel Leblanc Samuel Leblanc

De Belgische belastingdienst heeft een nieuw belastingstelsel voor ingekomen belastingplichtigen en ingekomen onderzoekers uitgewerkt[1]. Het nieuw regime biedt werknemers en bedrijfsleiders die reeds op 1 januari 2022 in België werkzaam zijn, de mogelijkheid om toe te treden tot het nieuw belastingstelsel. Anderzijds kunnen expats die momenteel genieten van het bijzonder aanslagstelsel voor buitenlandse kaderleden en onderzoekers van 1983, in principe beslissen om hun huidige statuut te behouden tot 31 december 2023. Hierdoor verliezen ze echter wel het recht om over te stappen naar het nieuwe stelsel.

Met dit artikel willen we een beter inzicht geven in de overgangsregeling vanuit een strategisch standpunt.

Het nieuwe regime: voorwaarden

Om in aanmerking te komen voor het nieuwe bijzonder belastingstelsel voor ingekomen belastingplichtigen en ingekomen onderzoekers, moeten zowel de werknemer als de werkgever aan bepaalde voorwaarden voldoen. Hieronder volgt een beknopt overzicht van deze voorwaarden. We zullen een grondige analyse van de voorwaarden uitwerken na publicatie van de volgende FAQ door de Belgische fiscus.

  • Het bijzonder belastingstelsel vereist dat de betrokken persoon rechtstreeks in het buitenland wordt aangeworven of vanuit het buitenland wordt gedetacheerd.
  • Gedurende een ononderbroken periode van 60 maanden voorafgaand aan de aanvang van de activiteiten of de aankomst in België geldt dat de ingekomen belastingplichtige:
    • niet werd beschouwd als een fiscaal inwoner van België
    • niet onderworpen was aan de Belgische belasting niet-inwoners voor beroepsinkomsten in België of
    • niet binnen een straal van 150 km van de Belgische grens heeft gewoond.
  • Minimale bezoldigingsdrempel: de ingekomen belastingplichtige moet op jaarbasis minstens een brutoloon van €75.000 ontvangen van zijn werkgever of vennootschap voor de in België geleverde prestaties (dit bedrag kan met ingang van het inkomstenjaar 2024 om de drie jaar worden aangepast).

    Indien de ingekomen belastingplichtige slechts gedeeltelijk belastbaar is in België, wordt bij het berekenen van de bezoldigingsdrempel in principe enkel rekening gehouden met de bezoldiging die onderworpen is aan de Belgische belasting. Voordelen van alle aard en variabele vergoedingen (dat wil zeggen, bonussen) worden in aanmerking genomen bij de beoordeling van de drempelvoorwaarde, waaraan elk jaar opnieuw moet worden voldaan.

    Wanneer deze voorwaarde in een bepaald jaar niet wordt nageleefd, zal dit leiden tot de opschorting van het bijzonder belastingstelsel ten gunste van de ingekomen belastingplichtige.

  • De werkgever of de vennootschap moet binnen drie maanden nadat de expat in België in dienst is getreden, via elektronische weg een aanvraag indienen bij de fiscale administratie. Bij deze aanvraag moet een door de ingekomen belastingplichtige ondertekend attest worden gevoegd, dat zijn akkoord met de aanvraag voor de toepassing van het stelsel bevestigt.

Restrictiever of toch niet?

Het nieuwe bijzonder belastingstelsel is in zekere zin restrictiever dan het oude expatstatuut (bijvoorbeeld, de loondrempel, de afstand van 150 km, en de maximumperiode van 5 jaar). Hierdoor kunnen sommige werknemers en bedrijfsleiders die in België werkzaam zijn en onder het oude expatregime vielen, worden uitgesloten van toetreding tot het nieuwe stelsel.

Op andere punten lijkt de nieuwe regeling dan weer soepeler te zijn. Het is in dat opzicht dus ook perfect mogelijk dat een persoon die niet kon genieten van het oude expatregime, wel in aanmerking komt voor het nieuwe bijzonder belastingstelsel.

Hoewel een dubbele voorwaarde ontstaat met betrekking tot de afwezigheid van banden met België (zie boven), speelt nationaliteit niet langer een rol bij de aanvraag tot toetreding tot de nieuwe regeling. Zo was een persoon met de Belgische nationaliteit die na meer dan 5 jaar afwezigheid op het Belgisch grondgebied terugkeert naar België uitgesloten van het oude regime, terwijl hij nu wel in aanmerking kan komen voor het nieuwe stelsel (indien aan alle andere voorwaarden is voldaan).

Een ander voorbeeld is de vereiste om voldoende banden met het buitenland aan te tonen, wat er vaak toe leidde dat het oude expatregime werd geweigerd voor personen die bijvoorbeeld gehuwd waren met een Belgisch rijksburger. Ook deze beperking bestaat niet meer in het nieuwe stelsel (nog te bevestigen op basis van de komende aanvullende toelichtingen van de Belgische belastingdienst).

Heel wat expats die genieten van het huidige regime, voldoen niet aan de voorwaarden van de nieuwe regeling. Anderzijds komen veel expats die geen beroep konden doen op de oude regeling, mogelijk wel in aanmerking voor het nieuwe regime. Het is daarom van belang dat ondernemingen hun volledige personeelsbestand screenen op de mogelijkheid om toe te treden tot de nieuwe regeling en deze screening niet beperken tot de personen die onder het huidige regime vallen, aangezien alle werknemers en bedrijfsleiders eventueel in aanmerking kunnen komen voor de nieuwe regeling.

Het bovenstaande standpunt is gebaseerd op de huidige tekst van de programmawet die hopelijk te zijner tijd zal worden bevestigd door de Belgische fiscus.

Welke systeem is potentieel het meest gunstige?

Vanaf 1 januari 2022 (inkomstenjaar 2022) kunnen geen aanvragen meer worden ingediend voor toetreding tot het oude systeem (behalve voor expats die tussen 31 juli 2021 en 31 december 2022 in België zijn aangekomen).
In de recente administratieve circulaire 2022/C/9, heeft de Belgische fiscus echter aangegeven dat het oude aanslagstelsel nog tot en met 31 december 2023 van toepassing blijft, mits aan de voorwaarden van het oude belastingstelsel wordt voldaan en de betrokken werknemer of bedrijfsleider op 1 januari 2022 reeds van het oude systeem genoot.

Expats die momenteel onder het oude expatstatuut vallen (minder dan 5 jaar) én aan de voorwaarden van de nieuwe regeling voldoen, hebben bijgevolg de mogelijkheid om te opteren voor het nieuwe systeem of om gedurende de overgangsperiode in het oude systeem te blijven.

Bij belastingplichtigen die opteren voor het nieuwe belastingstelsel, worden de jaren die de belastingplichtige tot 1 januari 2022 reeds in België heeft gewerkt, afgetrokken van de tijdslimiet van 5 jaar. In dat geval moet er een afweging worden gemaakt tussen de potentiële voordelen. Het nieuwe belastingstelsel zou in principe altijd voor een langere periode moeten gelden dan het oude. Dit als gevolg van de vereiste om minder dan 5 jaar in België te zijn om te kunnen opteren voor het nieuwe stelsel, en de mogelijkheid om de duur te verlengen tot 8 jaar. Toch kan het interessanter zijn om, zelfs voor een kortere periode, onder het oude expatregime te blijven (dit is voornamelijk het geval voor expats die een hoog reispercentage hebben).

Bijvoorbeeld: een expat die op 1 januari 2018 in België is beginnen te werken, die momenteel onder het oude statuut valt met een brutoloon van €85.000, 50% reisvrijstelling en het maximum van €11.250 aan niet-belastbare vergoedingen, en die voldoet aan de voorwaarden voor toetreding tot het nieuwe regime. Opteren voor het nieuwe stelsel zou in dit geval resulteren in vier jaar met voordelen (één jaar om de vijf jaar vanaf de aanvang van de activiteiten in België te bereiken, plus drie jaar verlenging), tegenover twee overgangsjaren onder het oude expatregime.

  Normaal Aanslagstelsel expats Belastingstelsel ingekomen belastingplichtigen
Brutoloon 85.000,00 85.000,00 75.000,00
NBV Expat   -22.500,00  
Sociale zekerheid -11.053,63 -8.112,88 -9.753,21
NBV Expat   11.250,00  
Belastbaar 73.946,37 65.637,12 65.246,79
Belgische belasting -29.171,02 -10.100,70 -24.540,00
NBV Expat   11.250,00  
NBV Ingekomen belastingplichtige     10.000,00
Nettoloon 44.775,35 66.786,42 50.706,79

Het geaccumuleerde nettoloon over de laatste vier jaar zou in het nieuwe systeem echter €202.827,18 bedragen (dat wil zeggen 4 x €50.706,79), terwijl dit zou oplopen tot €223.123,53 (dat wil zeggen 2 x €44.775,35 + 2 x €66.786,42) tijdens de overgangsperiode in het oude systeem.

In het bovenstaande voorbeeld gaan we ervan uit dat de Belgische fiscus geen rekening zal houden met het Belgisch belastbaar inkomen na aftrek van de reisvrijstelling (uit het oude expatregime) om te bepalen of de belastingplichtige al dan niet aan de voorwaarden van de nieuwe regeling voldoet. Is dit wel het geval, dan zou de persoon in dit voorbeeld waarschijnlijk niet aan de voorwaarden van het nieuwe systeem voldoen. Dit is een van de punten die de Belgische belastingdienst hopelijk nader zal toelichten in de volgende FAQ.

Andere overwegingen kunnen ook een rol spelen. In dit voorbeeld kan een reisvrijstelling van 50% bijvoorbeeld leiden tot een verhoogd risico op een belastingcontrole. Dergelijke afwegingen moeten ook worden meegenomen bij het maken van een keuze.

Er moet dus geval per geval worden bekeken wat de voor- en nadelen van een bepaalde keuze zijn.

Contractuele bepalingen van cruciaal belang

Het brutoloon om het drempelbedrag van €75.000 en het maximum van 30% aan niet-belastbare vergoedingen te bepalen, moet het contractuele brutosalaris zijn.

Voor werknemers en bedrijfsleiders die reeds op 1 januari 2022 in België werkzaam zijn en momenteel overwegen om al dan niet te opteren voor de nieuwe regeling, moet nog worden bevestigd wat de sociale en belastingdiensten zullen aanvaarden op het gebied van contractuele regelingen. Zo zou een verlaging van het contractuele brutoloon in combinatie met een ‘nieuwe’ niet-belastbare vergoeding door de Belgische sociale autoriteiten als een inbreuk op de Belgische arbeidswetgeving kunnen worden beschouwd, of door de Belgische belastingdienst als fiscaal misbruik kunnen worden aangemerkt.

Conclusie

Gelet op het voorgaande en in afwachting van verdere opheldering over de onderliggende voorwaarden, kunt u reeds overgaan tot een evaluatie van uw eigen positie of een screening van uw personeelsbestand om eventuele opportuniteiten te identificeren.

Een dergelijke screening moet met het nodige voorbehoud gebeuren en moet worden gevolgd door een analyse per individueel geval.

 

[1] De onderliggende programmawet werd gepubliceerd op 27 december 2021.